In 2018 is X, woonachtig in België, in Nederland een buitenlandse belastingplichtige. In zijn aangifte IB/PVV 2018 claimt X een persoonsgebonden aftrek vanwege uitgaven voor monumentenpanden. De inspecteur weigert de verzochte aftrek. X gaat in bezwaar en (hoger) beroep. In hoger beroep is in geschil voor welk bedrag X recht heeft op persoonsgebonden aftrek vanwege uitgaven voor monumentenpanden.
Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat X recht heeft op aftrek voor onderhoudskosten van monumentenpanden op basis van drie in hoger beroep overgelegde facturen. Het hof volgt het standpunt van de inspecteur dat de kosten van drie facturen voor aftrek in aanmerking komen. De overige facturen komen niet voor aftrek in aanmerking. Op basis van de 80%-regel heeft X recht op een aftrek van € 3508. X' hoger beroep is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.31
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Rubriek: Inkomstenbelasting
Editie: 17 april
Informatiesoort: VN Vandaag