De voorgenomen afschaffing van de dividendbelasting per 2020 gaat niet door. In plaats daarvan neemt het kabinet maatregelen die het vestigingsklimaat moeten versterken. Dat heeft staatssecretaris Snel van Financiën aan de Tweede Kamer geschreven.
Het gaat om de volgende maatregelen:
- Het hoge VPB-tarief blijft in 2019 25%, maar gaat naar 20,5% per 2021;
- Het lage VPB-tarief gaat stapsgewijs naar 15% in 2021;
- De aangekondigde rekening-courantmaatregel directeuren-grootaandeelhouders wordt verzacht: nieuwe eigenwoningschulden van de dga worden uitgezonderd. Daar bovenop zal een aanvullende drempel van € 500.000 voor de dga en zijn partner gezamenlijk gelden;
- Er komt overgangsrecht voor de beperking van de afschrijvingsmogelijkheden op gebouwen in eigen gebruik die recent in gebruik zijn genomen. Het gebouw moet vóór 1 januari 2019 in gebruik zijn genomen en er mag nog geen 3 jaar zijn afgeschreven;
- De terugwerkende kracht die in het wetsvoorstel spoedreparatie fiscale eenheid was voorzien tot 25 oktober 2017, 11.00 uur wordt beperkt tot en met 1 januari 2018;
- De aangekondigde maatregel dat fiscale beleggingsinstellingen (fbi’s) niet meer direct mogen beleggen in Nederlands vastgoed, gaat niet door;
- Er komt alsnog overgangsrecht in de 30%-regeling voor gevallen voor wie de regeling in 2019 of 2020 zou eindigen door de voorgenomen verkorting met drie jaar;
- De S&O-afdrachtvermindering wordt verhoogd door het percentage van de tweede schijf in 2020 te verhogen van 14% naar 16%;
- Vanaf 2021 worden de werkgeverslasten op arbeid verlaagd;
- Dekking correctie raming CO2-minimumprijs elektriciteitsopwekking.
Het kabinet stelt de invoering van de bronbelasting op dividend uit. Voor de conditionele bronbelastingen op rente en royalty’s naar laag belastende jurisdicties blijft het geplande tijdstip van inwerkingtreding 2021.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingrecht algemeen
Dossiers: Prinsjesdag 2018
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 17 oktober