Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat het gehele perceel op het moment van levering kwalificeert als bouwterrein en daarom is belast met BTW. De aanwezige bebouwing is verwaarloosbaar ten opzichte van het onbebouwde gedeelte van het perceel.

X verkoopt twee percelen, waarvan één met een gedeeltelijke bouwbestemming. Op het moment van levering van bevat dit perceel een monumentale theekoepel met een inhoud van ongeveer 17 m3 en een diameter van ongeveer 3,5 meter, een fietsenstalling (ongeveer 8 m2), asfaltpad (ongeveer 22,5 m2) en een verharding voor een parkeerplaats (ongeveer 30 m2). Op 270 m2 van het perceel zit een bouwbestemming. De koper mag de theekoepel niet slopen, vanwege zijn monumentale status. Na de levering sloopt de koper de overige bebouwing. In geschil is of sprake is van onbebouwde grond en daarmee een bouwterrein. Als sprake is van een bouwterrein stelt X dat dit slechts geldt voor het gedeelte van het perceel dat een bouwbestemming heeft.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat het gehele perceel op het moment van levering kwalificeert als bouwterrein en daarom is belast met BTW. De onbebouwde grond van het perceel behoort niet tot, en is niet dienstbaar aan de op het perceel aanwezige bebouwing, zodat geen sprake is van een ‘gebouw en het erbij behorend terrein’. De aanwezige bebouwing is verwaarloosbaar ten opzichte van het onbebouwde gedeelte van het perceel, omdat de oppervlakte van de totale bebouwing slechts 3% van de totale bebouwing is en vanwege de ondergeschikte aard van de bebouwing. Het gehele perceel kwalificeert als onbebouwde grond. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 11

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Omzetbelasting

Editie: 12 februari

Informatiesoort: VN Vandaag

49

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen