Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de rechtbank terecht geen acht op de inhoud van dit stuk heeft geslagen. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
X bv doet BPM-aangifte voor drie auto's. In geschil is of teveel BPM is voldaan. In beroep stuurt X bv twee werkdagen voor de zitting een 'pleitnota' van 21 pagina’s aan de rechtbank. In hoger beroep stelt X bv primair dat dit stuk door de rechtbank ten onrechte tardief is verklaard.
Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2021/36.1.4) oordeelt dat de rechtbank terecht geen acht op de inhoud van dit stuk heeft geslagen. In het kader van een goede procesorde heeft de rechter namelijk de mogelijkheid om stukken die binnen tien dagen of op de zitting zijn ingediend al dan niet in de procedure toe te laten. In beroep hoeft de inspecteur de kentekengegevens van de auto's niet als gedingstukken te overleggen. Gegevens uit het kentekenregister zijn niet tot de op de zaak betrekking hebbende stukken, tenzij die door de inspecteur zijn opgeslagen, bewerkt of verwerkt (vgl. HR 17 augustus 2018, 17/01448, V-N 2018/42.18). Het beroep van X bv is ook voor het overige ongegrond. X bv gaat in cassatie, maar motiveert het beroep niet. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Algemene wet bestuursrecht 8:58
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 22 oktober