Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat op het aanslagbiljet slechts één boete, één boetebedrag en één overtreden voorschrift – dat van art. 67f AWR – staat. Er is dus geen boete voor het overtreden van art. 10a AWR opgelegd. De BTW-suppletie mag als wilsafhankelijk materiaal niet worden gebruikt als bewijs voor de boete.

De Commissie Doorstroomvennootschappen adviseert uitbreiding van de spontane informatie-uitwisseling zodat daar meer entiteiten onder vallen en invoering van spontane informatie-uitwisseling bij vrijgestelde vervreemdingswinsten. Dit zijn twee van de vijftien aanbevelingen uit het eindrapport van de commissie onder leiding van de heer Ter Haar.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat X een verzoek tot herziening van de rentebeschikking had moeten indienen. Bij afwijzing van dit verzoek had de inspecteur hierop moeten beslissen bij voor bezwaar vatbare beschikking. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).

Staatssecretaris Van Huffelen van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag van het Wetsvoorstel delegatiebepalingen hersteloperatie toeslagen naar de Tweede Kamer gestuurd.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X recht heeft op een belastingkorting van € 8673. Volgens de rechtbank is daarvoor niet vereist dat de inspecteur het verlies bij beschikking heeft vastgesteld. De rechtbank wijst daarbij op de wetsgeschiedenis.

Advocaat-Generaal Wattel concludeert dat de vermijding van overdrachtsbelasting het hoofddoel van de gekozen route is. Hiermee is dan ook voldaan aan het subjectieve criterium van het EU-misbruikbegrip én aan het specifieke onzakelijkheidscriterium uit de Fusierichtlijn.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat een herhaald verzoek om toepassing van de 30%-regeling alleen kans van slagen heeft wanneer zich bij de belanghebbende nieuw gebleken of veranderende omstandigheden aan de orde zijn.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat X BV de waarnemingen van de inspecteur, dat bij het vergoeden van de reiskosten van een (veel) hoger aantal kilometers is uitgegaan dan het aantal kilometers dat de betreffende werknemers daadwerkelijk (kunnen) hebben afgelegd, niet voldoende weerlegt.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de inspecteur het verdedigingsbeginsel heeft geschonden voor zover de naheffingsaanslag ziet op de correcties voor de BTW-belaste hockeylessen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de geraamde baten niet hoger zijn dan de geraamde lasten. De verhouding tussen de verschillende tarieven is ook niet zodanig dat er strijd is met enig rechtsbeginsel.

Het Ministerie van Financiën heeft een internetconsultatie gestart over het wetsvoorstel Fiscale verzamelwet 2026.

Op 24 mei 2024 heeft de Hoge Raad beslist dat het recht op loonkostenvoordeel (LKV) van de overdragende werkgever mee overgaat naar de overnemende werkgever. De Belastingdienst gaat in op het vervolg van dit arrest.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur de IB-(navorderings)aanslagen terecht aan hennepkweker X heeft opgelegd. Uit de door de inspecteur opgestelde kasopstellingen blijkt dat in de jaren 2013-2017 sprake is van een substantieel kastekort.

A-G Koopman is van mening dat het hof alleen hoefde te onderzoeken of aannemelijk is dat X ten tijde van de inkeer niet op de hoogte was van het groepsinlichtingenverzoek van de Nederlandse Belastingdienst aan Zwitserland.

A-G Koopman is van mening dat de omstandigheid dat X zijn administratie heeft ingericht conform de instructies van de controle-ambtenaren, niet uitsluit dat hij wist dat zijn – op basis van die administratie opgestelde – aangiften aanzienlijk te laag waren en dat hij dit ook wilde.

A-G Koopman is van mening dat het niet anders kan dan dat X NV wist dat geen aftrek van voorbelasting is toegestaan met betrekking tot de direct aan vrijgestelde verhuur toe te rekenen voorbelasting en dat die aftrek toch is toegepast.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat X de reële kans heeft aanvaard dat te weinig belasting zou worden geheven door de behaalde omzet uit een gelieerde stichting niet in haar aangifte omzetbelasting te verantwoorden. De boete is in zoverre terecht opgelegd.