G. sp. z o.o. is in verband met ICV’s van dieselbrandstof Poolse BTW verschuldigd. De brandstof is namelijk vanuit een andere lidstaat binnengebracht in een belastingentrepot. G. blijft echter in gebreke om de BTW te betalen binnen vijf dagen vanaf de invoering van de dieselbrandstof op het nationale grondgebied. De Poolse Belastingdienst vordert daarop de onmiddellijke betaling van de verschuldigde BTW. G. is het hier niet mee eens. De Poolse rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.
Advocaat-generaal Saugmandsgaard Øe concludeert dat het niet in strijd met het EU-recht is dat Polen een termijn van vijf dagen hanteert bij de vooruitbetaling van BTW voor de ICV van motorbrandstoffen na het binnenbrengen van de motorbrandstoffen in Polen. Het is wel in strijd met het EU-recht dat de Belastingdienst daarbij een betaling kan verlangen voordat de belasting verschuldigd wordt. Ook is het in strijd met het EU-recht dat het brutobedrag van de over de afzonderlijke handeling verschuldigde belasting is verschuldigd en niet het nettobedrag van de over het gehele belastingtijdvak berekende belasting.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 110
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal)
Editie: 19 maart