Volgens Hof 's-Gravenhage heeft de rechtbank op goede gronden geoordeeld dat X een vergoeding toekomt voor de bezwaar- en beroepsfase. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

 

In 2006 komt erflater te overlijden. Zijn echtgenote en de vier kinderen zijn erfgenamen. Eén van de kinderen, die van beroep belastingadviseur is, wordt benoemd tot executeur-testamentair. De inspecteur verhoogt de in de aangifte opgegeven waarde van het woonhuis en van de bankrekening. De executeur maakt bezwaar tegen de aanslag successierecht. In geschil is of belanghebbende, X, een broer van de executeur-testamentair, na vermindering van de aanslag recht heeft op een vergoeding van de bezwaarkosten. Rechtbank 's-Gravenhage kent een bedrag toe van € 162,92 en veroordeelt de inspecteur tevens in de proceskosten voor het beroep in eerste aanleg.

Volgens Hof 's-Gravenhage (MK I, 27 maart 2012, BK-11/00089) heeft de rechtbank op goede gronden geoordeeld dat X een vergoeding toekomt voor de bezwaar- en beroepsfase. De inspecteur heeft stukken overgelegd waaruit blijkt dat de executeur, die rechtsbijstand verleent, vanaf 22 oktober 2008 voor de heffing van omzetbelasting is afgevoerd en dat de aangifteverzending vanaf juli 2010 is stopgezet. Dit is echter onvoldoende bewijs voor de stelling van de inspecteur dat de executeur zijn werkzaamheden als belastingadviseur heeft gestaakt. De familierelatie tussen X en de executeur staat een kostenvergoeding niet in de weg. Terecht heeft de rechtbank voor de hoogte van de vergoeding aangesloten bij de forfaitaire bedragen uit het Besluit proceskosten bestuursrecht. Er is geen sprake van een bijzondere omstandigheid die een hogere vergoeding rechtvaardigt. Daarbij neemt het hof in aanmerking dat de inspecteur door de weigerachtige houding van X niet anders kon dan de aanslag opleggen op basis van de banksaldi van de bankrekeningen zoals die hem uit renseignementen bekend waren. Het hof stemt ook in met de beslissing van de rechtbank om - mede door die houding - geen uitstel te verlenen. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Algemene wet bestuursrecht 7:15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Schenk- en erfbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 15 februari

17

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen