Rechtbank Den Haag oordeelt dat de inspecteur het bezwaar van X terecht wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Bij beschikkingen van 13 februari 2015 en 27 februari 2015 stelt de Belastingdienst/Toeslagen de zorgtoeslag en kindgebonden budget 2011 van belanghebbende, X, definitief vast. Op 25 februari 2016 maakt X bezwaar tegen deze beschikkingen met de stelling dat het toetsingsinkomen te hoog is vastgesteld. De inspecteur merkt het bezwaar van X aan als gericht tegen de aanslag IB/PVV 2011 die gedagtekend is 5 juni 2013. De inspecteur verklaart het bezwaar wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk en wijst het verzoek om ambtshalve vermindering af.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de inspecteur het bezwaar van X terecht wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk heeft verklaard. De inspecteur heeft het bezwaar tegen de beschikkingen zorgtoeslag en kindgebonden budget terecht (mede) aangemerkt als een bezwaar tegen de aanslag IB/PVV 2011 (art. 21j lid 2 AWR). De psychische- en financiële problemen van X maken de termijnoverschrijding niet verschoonbaar. Deze problemen hebben X er niet van weerhouden om adreswijzigingen door te geven aan de basisregistratie personen en om andere rechtshandelingen uit te voeren.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:11

Algemene wet bestuursrecht 6:7

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 31 maart

9

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen