X woont samen met zijn partner in Duitsland en ontvangt een uitkering van de SVB en van Aegon. In zijn IB-aangifte brengt X hypotheekrente, specifieke zorgkosten en giften in aftrek. De inspecteur accepteert de aftrek van de hypotheekrente. De andere posten laat hij niet in aftrek toe. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de stukken die X heeft overgelegd niet voldoende zijn om de conclusie te kunnen trekken dat recht bestaat op aftrek van specifieke zorgkosten. Hij heeft dan ook geen recht op aftrek van de opgevoerde kosten. Nu X geen schriftelijke bewijsstukken heeft overgelegd in verband met de geclaimde giftenaftrek, maakt hij niet aannemelijk dat de giften daadwerkelijk zijn gedaan. X heeft dan ook geen recht op aftrek van de giften. Verder heeft de inspecteur volgens de rechtbank de aftrek eigen woning juist vastgesteld.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de inspecteur bij het opleggen van de aanslag terecht is uitgegaan van de loongegevens zoals deze zijn opgenomen in de systemen van de Belastingdienst. Hij heeft dan ook terecht geen rekening gehouden met de door X geclaimde ingehouden loonheffing op de AOW-uitkering. Voor de zorgkosten geldt dat X slechts tot maximaal een bedrag van € 120 aan gemaakte zorgkosten aannemelijk maakt. Dit blijft onder de drempel en leidt dan ook niet tot aftrek. Ook is geen aftrek voor giften mogelijk. X onderbouwt de aftrek namelijk niet met schriftelijke bewijsstukken. Wel vermindert het hof de boete van € 369 naar € 100. X heeft zich namelijk ingespannen om een juiste aangifte te doen en er moet rekening worden gehouden met de lastige omstandigheden waarin X en zijn gezin verkeren.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.35
Wet inkomstenbelasting 2001 6.1
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Rubriek: Inkomstenbelasting
Editie: 28 januari
Informatiesoort: VN Vandaag