Hof Arnhem-Leeuwarden is het niet eens met het oordeel van Rechtbank Midden-Nederland over het recht op proceskostenvergoeding in ‘no-cure-no-pay-WOZ-zaken’.

X komt in beroep tegen een WOZ-beschikking van zijn woning. Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de heffingsambtenaar bepaalde informatie niet verstrekt met de uitspraak op bezwaar en handelt in strijd met art. 40 Wet WOZ. De rechtbank passeert dit gebrek met toepassing van art. 6:22 Awb en oordeelt bovendien dat X geen kosten maakt voor rechtsbijstand op basis van no cure no pay. In hoger beroep is waardering van de woning in geschil en de vraag of X recht heeft op een proceskostenvergoeding.

Hof Arnhem-Leeuwarden is het niet eens met het oordeel van Rechtbank Midden-Nederland over het recht op proceskostenvergoeding in ‘no-cure-no-pay-WOZ-zaken’. De rechtbank oordeelt ten onrechte dat aan een proceskostenvergoeding niet wordt toegekomen als rechtsbijstand is verleend op basis van no cure no pay. X kan dus in principe aanspraak maken op een proceskostenvergoeding. In dit geval besluit het hof echter dat X door schending van art. 40 Wet WOZ niet is benadeeld, omdat X ongeacht de informatieachterstand toch wel in beroep en hoger beroep was gegaan. X heeft geen recht op een proceskostenvergoeding.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 40

Algemene wet bestuursrecht 6:22

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Algemene wet bestuursrecht 7:15

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 9 februari

Informatiesoort: VN Vandaag

538

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen