X is het niet eens met een naheffingsaanslag parkeerbelasting. In beroep besluit de heffingsambtenaar de naheffingsaanslag in te trekken. Hij biedt aan het griffierecht te vergoeden indien X het beroep intrekt, wat X niet doet. Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep ongegrond. In hoger beroep verzoekt X om restitutie van het in eerste aanleg betaalde griffierecht. De gemeente vindt dat X zijn recht op terugbetaling heeft verspeeld door niet in te gaan op het aanbod van de heffingsambtenaar in de beroepsfase.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de rechter vergoeding van het griffierecht moet gelasten wanneer hij een rechtsmiddel niet-ontvankelijk verklaart omdat het bestuursorgaan geheel aan de bezwaren van de belanghebbende tegemoet is gekomen. Na de intrekking van de naheffingsaanslag door de heffingsambtenaar, had de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk moeten verklaren onder vergoeding van het griffierecht. Dat X in eerste aanleg niet is ingegaan op het verzoek van de heffingsambtenaar om het beroepschrift in te trekken, maakt dit niet anders. Het hof verklaart het hoger beroep gegrond en het beroep in eerste aanleg alsnog niet-ontvankelijk. De heffingsambtenaar dient het griffierecht (in beroep en hoger beroep) te vergoeden alsmede de proceskosten van X in hoger beroep.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:41