X is het niet eens met de aan hem opgelegde IB/PVV-aanslag. Volgens hem is de aanslag naar een te hoog bedrag opgelegd. Ter zitting bevestigt X dat hij niet betwist dat het weigeren van de giftenaftrek, het belasten van de nabetaling van het loon in het jaar van ontvangst en de toepassing van het progressieve tarief een juiste toepassing van de wet- en regelgeving is. Volgens X is (de uitkomst van) deze wet- en regelgeving echter onrechtvaardig.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de aanslagen correct zijn. De inspecteur heeft bij het opleggen van de aanslag namelijk de geldende wet- en regelgeving juist toegepast. Verder merkt de rechtbank op dat zij, op grond van art. 11 Wet algemene bepalingen, geen oordeel kan geven over de innerlijke waarde of billijkheid van de wet. Gelet daarop zal de rechtbank het door X verzochte oordeel over de rechtvaardigheid van de wet- en regelgeving niet geven.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 31 januari