Aan belanghebbende, X bv, zijn WOZ-beschikkingen opgelegd door de gemeente Eindhoven. Namens X bv wordt beroep ingesteld tegen deze beschikkingen. In geschil is de ontvankelijkheid van deze beroepen.
Rechtbank Oost-Brabant verklaart de beroepen niet-ontvankelijk. Degene die het beroep (pro forma) heeft ingesteld, maakt volgens de rechtbank niet voor het einde van de geboden herstel-verzuimtermijn duidelijk dat zij bevoegd was om namens X bv beroep in te stellen. Ter zitting heeft de gemachtigde van X bv medegedeeld dat degene die het pro forma beroep heeft ingesteld, een werkneemster van het bedrijf van de gemachtige, niet bevoegd was om namens X bv beroep in te stellen. Weliswaar heeft de gemachtigde alsnog aanvullend beroep ingesteld, maar dit is niet gebeurd binnen de beroepstermijn. Van redenen die tot verschoonbaarheid van deze termijnoverschrijding zouden moeten leiden, is de rechtbank niet gebleken. De beroepen zijn niet-ontvankelijk.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:24
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Algemene wet bestuursrecht 6:11
Algemene wet bestuursrecht 6:5
Algemene wet bestuursrecht 6:6