Belanghebbende, X, stelt beroep in bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant. De rechtbank verklaart het beroep met toepassing van art. 8:54 Awb niet-ontvankelijk wegens het niet betalen van het griffierecht. Tegen deze uitspraak doet X verzet.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart ook het verzet van X niet-ontvankelijk, nu wegens overschrijding van de wettelijke termijn. Het verzetschrift is niet voor het einde van de termijn door X ter post bezorgd en daarmee niet tijdig ingediend. Dat het voor X, omdat hij naar eigen zeggen niet thuis is in het opstellen van bezwaarschriften, niet mogelijk was om binnen de termijn een afspraak te maken met een jurist en daarna een juiste brief op te stellen, zijn geen omstandigheden die de termijnoverschrijding verschoonbaar maken. Als het X onduidelijk was hoe hij verzet moest instellen had hij ter veiligstelling van de termijn en zijn belangen een voorlopig verzetschrift kunnen indienen. X heeft niet gesteld dat hij hiertoe gedurende de gehele verzettermijn niet in staat is geweest.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 16 december