Op basis van informatie van een tipgever die zich in maart 2009 heeft gemeld, legt de inspecteur in de periode tussen 31 december 2010 en 31 maart 2011 navorderingsaanslagen IB/PVV en vermogensbelasting met boeten op aan belanghebbende, X. In beroep verzoekt X de rechtbank om de tipgever te laten horen.
Rechtbank Gelderland ziet geen aanleiding om de tipgever te horen. De Belastingdienst treft niet het verwijt dat zijn handelen zozeer indruist tegen hetgeen van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht dat dit gevolgen zou moeten hebben voor de onderhavige aanslagen. De rechtbank oordeelt verder dat de inspecteur voortvarend heeft gehandeld vanaf het moment dat hij de inlichtingen van de tipgever heeft ontvangen tot het moment waarop hij de navorderingsaanslagen aan X heeft opgelegd. De rechtbank acht het gebruik van door X overgelegde rekeningafschriften voor boetedoeleinden, niet strijdig met het verbod op gedwongen zelfincriminatie. De rechtbank acht de boeten terecht, maar past wel een matiging toe van 40% wegens overschrijding van de redelijke termijn. Tussen partijen is niet in geschil dat de boetebeschikkingen bij de IB/PVV 1997 en vermogensbelasting 1998 moeten worden vernietigd.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16-4
Algemene wet bestuursrecht 8:29
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 17 februari