Belanghebbende, X, schakelt een gemachtigde in om bezwaar te maken tegen zijn WOZ-beschikking. Per brief van 17 augustus 2012 nodigt de gemeente deze gemachtigde uit voor een hoorzitting in de avond van 13 september 2012. Per brief van 28 augustus 2012 vraagt de gemachtigde om uitstel van de hoorzitting wegens een geboekte vakantie. De heffingsambtenaar van de gemeente laat de hoorzitting toch doorgaan, omdat er naast de vakantievierende jurist nog andere juristen bij de gemachtigde werkzaam zijn die op de hoorzitting aanwezig kunnen zijn.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de gemeente het verzoek om uitstel van de hoorzitting ten onrechte heeft afgewezen. Het hof neemt hierbij in aanmerking dat de gemachtigde zeer spoedig na de ontvangst van de (foutief geadresseerde) uitnodiging voor de hoorzitting uitstel heeft aangevraagd. Er is sprake van een uitstelverzoek dat tijdig en onder aanvoering van gewichtige redenen, nl. een reeds geboekte vakantie, is gedaan. Bovendien betrof het een eerste verzoek. Het hof oordeelt dat de heffingsambtenaar het verzoek ten onrechte heeft afgewezen en draagt hem op om de gemachtigde van X alsnog te horen.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:2
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingrecht algemeen
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 7 oktober