Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat het reguliere omzetbelastingtarief van toepassing is op de organisatie van grootkoorprojecten door een dirigent. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

X organiseert diverse grootkoorprojecten en treedt hierbij zelf op als dirigent. Deelnemers betalen een vergoeding om aan een grootkoorproject deel te nemen. X is van mening dat zijn prestatie moet worden beschouwd als het optreden door een uitvoerend kunstenaar en dat over de vergoeding het verlaagde tarief omzetbelasting verschuldigd is. De inspecteur stelt dat het reguliere tarief van toepassing is omdat sprake is van het organiseren en faciliteren van grootkoorprojecten. Het dirigeren maakt hier slechts een onderdeel van uit. X gaat in beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2022/37.1.4) oordeelt dat sprake is van één ondeelbare prestatie, waarbij alle elementen van gelijkwaardig belang zijn. Nu de dirigeerwerkzaamheden slechts een onderdeel van de totale dienst zijn, moet X op de totale dienst het reguliere omzetbelastingtarief toepassen. Een beroep op het neutraliteitsbeginsel slaagt niet. Het hoger beroep is ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 9

Instantie: Hoge Raad

Rubriek: Omzetbelasting

Editie: 12 november

Informatiesoort: VN Vandaag

151

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen