Minister Hoekstra van Buitenlandse Zaken deelt een Fiche over het Richtlijnvoorstel snellere en veiligere vermindering teveel ingehouden bronbelasting (‘FASTER’) met de Tweede Kamer.

De Europese Commissie stelt een richtlijn voor die als doel heeft procedures voor het verminderen van overtollige bronbelasting te harmoniseren, te versnellen en bestendiger te maken tegen misbruik. Het richtlijnvoorstel richt zich op bronbelasting die in grensoverschrijdende situaties is ingehouden ter zake van aandelen en obligaties die publiekelijk worden verhandeld. Het voorstel bevat een snelle teruggaafprocedure en een procedure ter vermindering van bronbelasting aan de bron. Lidstaten kunnen ervoor kiezen om één van beide, allebei of een combinatie van de twee procedures te implementeren, zolang iedere belegger toegang heeft tot één van de procedures. De toegang tot de verminderingsprocedures moet worden ontzegd wanneer sprake is van een misbruikvermoeden. Om toegang te hebben tot de procedures moeten beleggers gebruik maken van een gecertificeerde financiële intermediair (GFI) die namens hen om vermindering verzoekt. GFI’s moeten zich aanmelden in een nationaal register. Daarnaast introduceert het richtlijnvoorstel een elektronische woonplaatsverklaring om de woonplaats van een belastingplichtige in de EU vast te stellen.

Het kabinet is positief over het doel van het richtlijnvoorstel en de wijze waarop de bestrijding van fraude en misbruik met bronbelastingprocedures wordt beoogd. De reikwijdte van het richtlijnvoorstel acht het kabinet beperkt omdat deze enkel van toepassing is op bronbelastingen ingehouden op beursgenoteerde dividenden en rentebetalingen op publiek verhandelbare obligaties. Het voorstel heeft volgens het kabinet geen directe financiële gevolgen voor de EU-begroting en zal de concurrentiekracht van de EU verbeteren zonder negatieve effecten op het Nederlandse fiscale vestigingsklimaat. Het voorstel heeft wel uitdagingen in de uitvoering, zoals de ontwikkeling van ICT-ondersteuning en de verwerking van persoonsgegevens.

Het richtlijnvoorstel moet uiterlijk op 31 december 2026 in nationale wetgeving zijn geïmplementeerd en de bepalingen moeten vanaf 1 januari 2027 door de lidstaten worden toegepast.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Rubriek: Europees belastingrecht, Bronbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Buitenlandse Zaken

Editie: 23 augustus

Informatiesoort: VN Vandaag

265

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen