Risico-inschattingen op basis van uiterlijk of andere volstrekt irrelevante kenmerken zijn volgens staatssecretaris Van Rij van Financiën volkomen ontoelaatbaar. Dat schrijft Van Rij aan de Tweede Kamer in antwoord op vragen naar aanleiding van de PwC-rapporten over de Fraudesignaleringsvoorziening (FSV).

Uit een brief van PwC aan de Belastingdienst blijkt dat uiterlijk voorkomen waar door medewerkers van de Belastingdienst aan werd gerefereerd de volgende kenmerken betrof: leeftijd, een niet westers voorkomen, geslacht en materieel bezit. PwC heeft geen onderzoek gedaan naar de mate waarin de verwijzingen daadwerkelijk invloed hebben gehad op de selectie of in welke mate de observaties representatief zijn voor de werkzaamheden binnen de Belastingdienst.

Op dit moment wordt onderzoek gedaan naar de voorbeelden die PwC in de communicatie heeft aangetroffen. De Kamer wordt hier zo spoedig mogelijk nader over geïnformeerd. Ook wordt nog achterhaald aan welk onderdeel binnen het Ministerie van Justitie en Veiligheid gegevens over burgers in FSV is verstrekt. In de volgende kwartaalrapportage HVB in maart 2022 volgt nadere informatie hierover.

Ten aanzien van de vraag of er melding is gedaan bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) antwoordt Van Rij dat de AP zelf onderzoek heeft gedaan naar de gegevensverwerking in FSV en hierover een rapport heeft uitgebracht. De AP heeft aangegeven voornemens te zijn om te handhaven.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingrecht algemeen

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 11 februari

8

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen