Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de Gemeentewet gemeenten niet verbiedt om forensenbelasting te heffen naast roerenderuimtebelasting.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een woonboot met ligplaats in de gemeente Nieuwkoop. X, die zijn hoofdverblijf heeft buiten de gemeente Nieuwkoop, heeft in 2010 meer dan 90 dagen de beschikking over de woonark. De heffingsambtenaar legt aan X een aanslag forensenbelasting op naar een waarde van € 203.000, zijnde de heffingsgrondslag voor de roerende woon- bedrijfsruimtenbelasting.

Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de Gemeentewet gemeenten niet verbiedt om forensenbelasting te heffen naast roerenderuimtebelasting. X stelt dat het heffen van forensenbelasting onredelijk en willekeurig is omdat een forens minder profiteert van de gemeentelijke voorzieningen maar (zeker in zijn geval) toch meer gemeentelijke heffingen moet betalen dan een inwoner. Van een onredelijke en willekeurige belastingheffing is volgens het hof echter geen sprake, nu bij de heffing van forensenbelasting geen verband hoeft te bestaan tussen de opbrengst van de heffing en de besteding. Een gelijk profijt van gemeentelijke voorzieningen voor inwoners en niet-inwoners die meer dan 90 dagen verblijf houden in een gemeente is niet een vereiste dat uit de Gemeentewet kan worden afgeleid. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof 's-Gravenhage

4

Gerelateerde artikelen