X doet BPM-aangifte voor een Ford Focus met schade. Rechtbank Gelderland verlaagt de naheffing tot € 966 door € 9782 schade in aanmerking te nemen. In hoger beroep is in geschil of het schadeherstel heeft plaatsgevonden tussen de aangifte (6 september 2017) en de taxatie door Domeinen Roerende Zaken (12 september 2017). Niet in geschil is dat de Belastingdienst in de praktijk kennelijk uitgaat van de waarde bij het doen van de aangifte en dat X op dit beleid een beroep kan doen.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat de schade bij het doen van de aangifte hoger was dan de reeds geaccepteerde € 6782. De enkele stelling dat hij de schade na de aangifte zelf heeft hersteld, is daartoe niet voldoende. Bovendien is ook niet uit te sluiten dat de schade al was hersteld nadat X de auto liet taxeren (31 augustus 2017). De verschuldigde BPM wordt vastgesteld op € 1573. Het beroep van de inspecteur is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 29 december