X is eigenaar van een vrijstaande woning met een aanbouw. Deze woning ligt in een wijk met 14 vrijstaande woningen die qua bouwstijl nagenoeg aan elkaar gelijk zijn. Naast de woning van X zijn er slechts 2 andere woningen met een aanbouw. De heffingsambtenaar stelt de WOZ-waarde van X vast op € 370.000. De WOZ-waarde van de 2 nagenoeg identieke woningen stelt hij vast op respectievelijk € 316.000 en € 317.000.
Hof ’s-Hertogenbosch verlaagt de WOZ-waarde van X naar € 317.000 wegens strijdigheid met het gelijkheidsbeginsel. Vaststaat dat er slechts 2 identieke woningen zijn waarbij de onderlinge verschillen nagenoeg verwaarloosbaar zijn. Dit zijn de 2 woningen die eveneens een aanbouw hebben. Deze 2 woningen hebben een lagere WOZ-waarde. Anders gezegd, 2/3 van de woningen hebben een lagere waarde. Dit is meer dan 50% en dus is de meerderheidsregel geschonden. De heffingsambtenaar toont niet aan dat sprake is van een incidentele fout. De stelling dat bij de 2 identieke woningen met verkeerde inhoudsmaten is gerekend, is hiervoor niet voldoende.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 10 september