Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de opbrengstlimiet is geschonden, waardoor de Verordening rioolheffing van de gemeente Y partieel onverbindend wordt verklaard jegens X en de aanslagen rioolheffing worden verminderd. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

X is een woningbouwvereniging en was in 2014 eigenaar van 565 percelen in de gemeente Y. Deze percelen beschikken over een directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering. De aanslagen rioolheffing bedragen in totaal € 126.701,25 en zijn gebaseerd op de Verordening op de heffing en de invordering van rioolheffing gemeente Y 2014. X gaat in bezwaar en beroep. Rechtbank Limburg oordeelt in beroep dat de Verordening jegens X algeheel onverbindend verklaard moet worden en vernietigt de aanslagen rioolheffing. In hoger beroep is in geschil i) of de opbrengstlimiet is geschonden, waardoor de Verordening (partieel) onverbindend verklaard dient te worden, ii) of er sprake is van strijd met de Kaderrichtlijn Water en iii) of er sprake is van strijd met het gelijkheidsbeginsel.

Hof ’s-Hertogenbosch (V-N 2024/8.1.8) oordeelt dat de opbrengstlimiet is geschonden, waardoor de Verordening rioolheffing van de gemeente Y partieel onverbindend wordt verklaard jegens X en de aanslagen rioolheffing worden verminderd. De overdekking bedraagt minder dan 10%. Om deze reden is geen sprake van een situatie waarin de overschrijding van de opbrengstlimiet dusdanig groot is dat dit dient te leiden tot algehele onverbindend verklaring van de Verordening jegens X. Er is geen sprake van strijd met de Kaderrichtlijn Water of het gelijkheidsbeginsel. Het hoger beroep van de heffingsambtenaar is gegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Instantie: Hoge Raad

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Editie: 3 juli

Informatiesoort: VN Vandaag

79

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen