Belanghebbende, X, wordt door de Staatssecretaris van Financien in kennis gesteld van diens besluit om inlichtingen betreffende X te verstrekken aan de bevoegde fiscale autoriteiten van Japan. De informatieverstrekking zal plaatsvinden op grond van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen (WIB) en het belastingverdrag van Nederland met Japan. X maakt bezwaar tegen het besluit van de staatssecretaris en vraagt de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter van Rechtbank Noord-Holland wijst het verzoek van X om een voorlopige voorziening toe en schorst het besluit tot inlichtingenverstrekking tot zes weken na bekendmaking van de beslissing op bezwaar. De rechtbank oordeelt dat het belang van X dat de inlichtingen niet worden verstrekt voordat de beslissing op bezwaar is genomen in dit geval zwaarder weegt dan het belang van de staatssecretaris om te voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit het belastingverdrag tussen Nederland en Japan. Gezien de onomkeerbare gevolgen van de inlichtingenverstrekking prevaleert in dit geval het belang van X.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:81
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Internationaal belastingrecht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 27 mei