Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat zelf vervaardigde en ontworpen sieraden geen kunst zijn. Een beroep op de meerderheidsregel komt in het voor X meest gunstige geval slechts uit op gelijkspel.

X exploiteert een juwelierszaak. X verkoopt onder andere door een vennoot van X ontworpen en vervaardigde sierraden. X past in de periode juli 2012 tot en met december 2015 het verlaagde tarief toe op deze sierraden. De inspecteur stelt dat het normale tarief van toepassing is en legt een naheffingsaanslag op. In geschil is onder andere of het verlaagde tarief voor kunstvoorwerpen van toepassing is. Verder stelt X dat de inspecteur niet alle gegevens overlegt en dat bij 3 edelsmeden die niet in het dossier zijn opgenomen, toepassing van het verlaagde tarief is geaccepteerd. X gaat in beroep.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X ten onrechte het verlaagde tarief hanteert. Of sprake is van kunst moet op basis van objectieve criteria inzake de uiterlijke kenmerken worden beoordeeld, waarbij geen sprake mag zijn van concurrentie met gelijkende objecten van ambachtelijke of industriële productie. Dit maakt X onvoldoende aannemelijk. De toetsing van de meerderheidsregel komt in het voor X meest voordelige geval uit op een gelijkspel, namelijk als de rechtbank de 3 edelsmeden die zouden ontbreken in het dossier meetelt in het voordeel van X. Het beroep is slechts gegrond voor wat de kostenvergoeding in de bezwaarfase betreft.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 Tab 1-A art. 29b

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 29 december

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen