Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat er slechts eenmaal schadevergoeding voor de overschrijding van de redelijke termijn voor X en de echtgenoot op zijn plaats is.

Belanghebbende, X, is door de Belastingdienst geïdentificeerd als houder van rekeningen bij KB Lux. De inspecteur legt haar een navorderingsaanslag IB/PVV 2008 op, maar besluit deze ambtshalve te vernietigen wanneer X in de beroepsfase informatie over de rekening overlegt.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat er slechts eenmaal schadevergoeding voor de overschrijding van de redelijke termijn voor X en de echtgenoot op zijn plaats is. Gezien de samenhang tussen de (navorderings)aanslagen van X en de echtgenoot, gaat de rechtbank ervan uit dat de lange behandelingsduur eenmaal heeft geleid tot spanning en frustratie bij X en de echtgenoot waarvoor een vergoeding op zijn plaats is. Dit brengt mee dat voor deze zaken samen slechts eenmaal het tarief van € 500 per halfjaar wordt gehanteerd, gerekend vanaf het tijdstip van indiening van het eerst ingediende bezwaarschrift (HR 21 maart 2014, nr. 12/04057, V-N 2014/15.4). Nu gemachtigde heeft ingestemd met de door de inspecteur toegekende vergoeding voor de echtgenoot, volstaat de rechtbank in de onderhavige procedure met de constatering dat de redelijke termijn is overschreden.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 27 februari

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen