Staatssecretaris Van Rij van Financiën schetst een kader voor het inzetten van beleidsbesluiten, die zonder wettelijke basis afwijken van geldende wet- en regelgeving, vooruitlopend op de inwerkingtreding van een wetsvoorstel. Hiermee komt de staatssecretaris tegemoet aan een toezegging in het nader rapport bij het Belastingplan 2022.

Het kabinet maakte het mogelijk dat op terreinen van belastingen, toeslagen en douane vooruit werd gelopen op nog te realiseren wetgeving. Voor elk van die gevallen vond het kabinet dat een wetswijziging niet kon worden afgewacht en strikte toepassing van de geldende wettelijke voorschriften tot maatschappelijk onaanvaardbare gevolgen zou leiden.

De Afdeling advisering Raad van State is van mening dat ruimhartige inzet van goedkeurende beleidsbesluiten de democratische legitimatie en de rechtsstatelijkheid van regels, de kwaliteit van onder andere de (politieke) besluitvorming onder druk zet. Zij roept op tot een terughoudendere inzet van goedkeurende beleidsbesluiten. De afdeling advisering Raad van State adviseert ook een kader te ontwikkelen met voorwaarden voor de inzet van goedkeurende beleidsbesluiten.

De staatssecretaris schrijft dat per direct de afweging of een goedkeurende beleidsbesluit aanvaardbaar is aan de hand van de volgende voorwaarden plaatsvindt:

1. Een goedkeurend beleidsbesluit beoogt uitsluitend in het voordeel van de doelgroep uit te pakken;

2. Er is sprake van buitengewone omstandigheden waardoor een zwaarwegend maatschappelijk belang in het geding is, of het wachten op een wetswijziging geen recht doet aan de menselijke maat en algemene rechtsbeginselen;

3. Het goedkeurend beleidsbesluit staat in verhouding tot het belang dat ermee is gediend;

4. Het goedkeurend beleidsbesluit heeft voldoende maatschappelijk en politiek draagvlak;

5. Het goedkeurende beleidsbesluit is zoveel mogelijk toekomstgericht.

Ook vindt het kabinet een aantal zaken van belang voor de waarborging van de zorgvuldigheid. Dit betreft onder andere het zo spoedig mogelijk delen van de contouren van een goedkeurend beleidsbesluit met de Eerste en Tweede Kamer. Ook is het van belang dat spoedig en met inachtneming van de algemene rechtsbeginselen wordt toegewerkt naar het afbouwen van een regeling indien geen vereiste meerderheid is voor codificatie van een regeling.

Rubriek: Belastingrecht algemeen

Editie: 13 december

Informatiesoort: VN Vandaag

413

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen