De Staatssecretaris van Financiën heeft geantwoord op vragen van het Tweede Kamerlid Nijboer (PvdA) over het bericht "Fiscus negeerde Europees verbod op afspraken". Hij merkt daarbij op dat er later een correctie op het artikel is gepubliceerd en dat in die correctie is vermeld dat de kop boven het artikel niet juist is en dat er geen sprake is van het negeren van Europese afspraken.
De staatssecretaris legt uit wat onder concernfinanciering verstaan wordt. Daarnaast gaat hij in op het in het verleden geldende Concern Financierings Activiteiten-regime (CFA-regime) en de gevolgen van het vervallen van dit regime. Veel concerns verplaatsten toen het concernvermogen naar het buitenland. De treasuryactiviteiten bleven echter veelal achter in Nederland.
De staatssecretaris deelt mee dat de Europese Commissie in 2003 geoordeeld heeft dat het wettelijke CFA-regime onverenigbaar was met de gemeenschappelijke markt. Hierbij is door de Europese Commissie geen terugvordering geëist in verband met gewettigd vertrouwen en is een overgangstermijn geboden waardoor concerns tot en met uiterlijk 31 december 2010 gebruik konden maken van hun CFA-beschikking. Doordat concerns vooruitlopend op of na afloop van deze termijn hun concernvermogen naar het buitenland verplaatsten, is een nieuwe situatie ontstaan. Er is dan ook geen sprake van de voortzetting van het oude regime. Hij stelt daarbij dat Nederland zich heeft gehouden aan de beschikking van de Commissie en dat ook bij andere gevallen in het verleden van geconstateerde onverenigbare staatssteun bij Nederlandse belastingmaatregelen de staatssteun beëindigd is en dat in gevallen waarin dit moest, onrechtmatige staatssteun is teruggevorderd. Bij gebleken strijdigheid van Nederlandse belastingmaatregelen met de afspraken die Nederland in het kader van de EU-Gedragscode met de andere EU-lidstaten heeft gemaakt, heeft Nederland de belastingmaatregel in kwestie aangepast of ingetrokken en zich een betrouwbare lidstaat getoond. Hij zou het ook afkeuren als Nederland of welk land dan ook stelselmatig internationale afspraken op belastinggebied zou ondermijnen. Dat neemt niet weg dat hij een voorkeur heeft voor ‘hard law', omdat de naleving daarvan ook daadwerkelijk juridisch kan worden afgedwongen.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 16 maart