Hof Arnhem-Leeuwarden hecht geen geloof aan het relaas van X bv dat bepaalde delen van de boekhouding na inbeslagname niet zijn geretourneerd. De inspecteur heeft deze stelling betwist en X bv heeft ook niet aangegeven welke specifieke onderdelen van de administratie thans nog ontbreken, en waarom het ontbreken daarvan het doen van aangifte volstrekt onmogelijk zou maken. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Aan X bv zijn ambtshalve aanslagen vennootschapsbelasting opgelegd over de jaren 2012 en 2013 naar geschatte belastbare bedragen van € 100.000, met boete- en belastingrentebeschikkingen.

Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2020/31.1.7) hecht geen geloof aan het relaas van X bv dat bepaalde delen van de boekhouding na inbeslagname niet zijn geretourneerd. De inspecteur heeft deze stelling betwist, en X bv heeft ook niet aangegeven welke specifieke onderdelen van de administratie thans nog ontbreken en waarom het ontbreken daarvan het doen van aangifte volstrekt onmogelijk zou maken. Ook eventuele onduidelijkheid over een compromis over voorgaande jaren zijn geen goede reden om de belastingaangiften vennootschapsbelasting 2012 en 2013 achterwege te laten. Nu X bv geen aangifte heeft gedaan, volgt omkering van de bewijslast. De inspecteur heeft de winst van X bv niet naar willekeur vastgesteld. Het hoger beroep van X is ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Lees ook het thema Informatiebeschikking: stand van zaken

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hoge Raad

Editie: 21 oktober

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen