X is houder van een BMW met geschorst kenteken. Tijdens de schorsing is met een elektronische camera geconstateerd dat toch gebruik werd gemaakt van de openbare weg. In geschil is de MRB-naheffingsaanslag, alsmede de 100% verzuimboete van € 978. Volgens X had hij de auto net laten verzekeren en laten keuren. Hij ging er vanuit dat de APK door de RDW aan de Belastingdienst zou zijn doorgegeven.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de boete van 100% niet (meer) passend en geboden is. In de wetsgeschiedenis staat slechts dat de verschuldigde belasting relatief gering is en dat van een procentueel lagere boete daarom te weinig preventieve werking zou uitgaan. De rechtbank vindt dit argument van de wetgever niet doorslaggevend om een boete van 100% passend en geboden te achten. In casu is de boete voor X wel degelijk relatief hoog. Feitelijk heeft X slechts één maand de voorwaarden overtreden. Een boete die op de hele naheffingsperiode ziet, is daarom onevenredig. Alles overwegende is een boete van € 200 passend en geboden. Het beroep van X is deels gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 37
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 35
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 25 mei