Stichting X beoogt om als een ANBI te functioneren en heeft daarbij als doel het bevorderen van maatschappelijke participatie van ouderen en het bevorderen van sociale cohesie in de buurten en wijken. Eén van de activiteiten die X uitvoert is het samen bereiden van soep en deze gezamenlijk bij de lunch opeten. Soep die overblijft wordt gratis bij ouderen aan huis bezorgd. X is gelieerd aan Y BV. Y BV vermeldt op haar etiketten de activiteiten van X. X verzoekt de inspecteur om te worden aangemerkt als ANBI. De inspecteur wijst dit verzoek af.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de inspecteur het verzoek van Stichting X om als ANBI te worden aangewezen terecht heeft afgewezen. Y BV compenseert X namelijk onvoldoende voor de voordelen die zij geniet uit de activiteiten van X. Volgens de rechtbank geniet Y BV aanzienlijke marketingvoordelen van de activiteiten van X. Het is aannemelijk dat de algemeen nuttige activiteiten van X de verkopen van soep door Y BV bevorderen en dat de activiteiten van X de naamsbekendheid van het merk van Y BV vergroten. Daarbij wijst de rechtbank er op dat Y BV hier ook gebruik van maakt doordat de activiteiten van X staan vermeld op de etiketten van de voor verkoop bestemde soepen. Daarnaast is aannemelijk dat het merkenrecht in waarde stijgt door de positieve invloed van activiteiten van X op de uitstraling en ontwikkeling van het merk van Y BV. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 5b
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 20 september
Informatiesoort: VN Vandaag