Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X niet voldoet aan de jaarloonnorm van de 30%-regeling. Haar salaris is namelijk geheel variabel en kent geen ondergrens.
X is afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk en werkt als tandarts in Nederland voor een Nederlandse werkgever. In de arbeidsovereenkomst is overeengekomen dat het salaris het verschil bedraagt tussen 40% van het bruto gerealiseerde honorarium en het werkgeversdeel van de socialezekerheidspremies. In geschil is of X voldoet aan de jaarloonnorm van de 30%-regeling.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X niet voldoet aan de jaarloonnorm van de 30%-regeling. Haar salaris is namelijk geheel variabel en kent geen ondergrens. In de arbeidsovereenkomst is geen ondergrens afgesproken over de hoogte van het salaris. Hierdoor kan, hoewel onwaarschijnlijk volgens X, het salaris minder bedragen dan de jaarloonnorm. Aan dit oordeel doet niet af dat X bij indiensttreding ook kon kiezen voor een vast maandsalaris van € 5.000. Dat uit de overgelegde loonstroken blijkt dat X de jaarloonnorm heeft gehaald, baat haar niet. X maakt niet aannemelijk dat op het moment waarop de arbeidsovereenkomst tot stand kwam aan de jaarloonnorm werd voldaan. X is verder niet gelijk aan een tandarts die een vast salaris verdient. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Lees ook het thema De 30%-regeling.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 10eb
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Rubriek: Loonbelasting
Editie: 16 april
Informatiesoort: VN Vandaag