X is ondernemer voor de omzetbelasting en heeft ten aanzien van zijn diensten bedragen aan omzetbelasting op aangifte voldaan. X gaat in bezwaar tegen de voldoening op de aangiften, maar doet dat te laat. In hoger beroep is in geschil of de inspecteur het bezwaar tegen de aangiften omzetbelasting over het vierde kwartaal 2016 t/m het derde kwartaal 2017 terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur het bezwaar terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard wegens niet verschoonbare termijnoverschrijding. X slaagt er niet in feiten en omstandigheden aan te voeren waardoor redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat hij in verzuim is geweest. Dat X niet op de hoogte was van de omstandigheid dat hij in bezwaar kon gaan, is volgens het hof een omstandigheid die voor rekening van hemzelf komt. Het hoger beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Algemene wet bestuursrecht 6:11
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 16 februari