X bv exploiteert in de gemeente Midden-Drenthe een camping met voornamelijk jaarplaatsen. Om een (eigen) stacaravan of chalet te kunnen plaatsen en om aldaar te kunnen verblijven en overnachten, betalen personen een jaarvergoeding aan X bv. In geschil is de aanslag toeristenbelasting. X bv stelt dat voor de jaarplaatsen niet wordt voldaan aan het belastbare feit voor de toeristenbelasting, omdat geen sprake is van verblijf tegen vergoeding. De jaarvergoeding is namelijk verschuldigd ongeacht het werkelijke verblijf.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de gemeente terecht een aanslag toeristenbelasting heeft opgelegd aan X bv voor de jaarplaatsen op de camping. Vaststaat dat de jaarvergoeding die X bv ontvangt (mede) wordt betaald voor de mogelijkheid aldaar te kunnen verblijven en overnachten. Daarmee is sprake van een vergoeding als bedoeld in de verordening toeristenbelasting. X bv beroept zich op het gelijkheidsbeginsel met de stelling dat voor een woonhuis, dat het gehele jaar wordt verhuurd aan een huurder die geen hoofdverblijf binnen de gemeente heeft, ook geen toeristenbelasting wordt opgelegd. Het hof verwerpt dit beroep op het gelijkheidsbeginsel.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 2 augustus