Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat er geen reden is de zaken aan te houden totdat is beslist op het hoger beroep van de heer X inzake de handhavingsbeslissing van de Autoriteit Persoonsgegevens. De boetes van in totaal € 7982 zijn vanwege het stelselmatige aangifteverzuim passend en geboden.
De heer X is actief als consultant/projectmanager op het gebied van 'data governance'. X dient, hoewel daartoe door de inspecteur aangemaand, over 2008 tot en met 2015 geen IB-aangiften in. In geschil zijn de ambtshalve aanslagen over die jaren. Pas in de beroepsfase dient X alsnog zijn aangifte over 2013 in. Volgens Rechtbank Noord-Holland moet de bewijslast wegens het niet (tijdig) doen van de vereiste aangiften ten nadele van X worden omgekeerd en verzwaard. X doet niet blijken dat de uitspraken op bezwaar onjuist zijn. X stelt in hoger beroep dat de Belastingdienst de archiefregelgeving en de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) niet goed naleeft.
Hof Amsterdam oordeelt dat er geen reden is de zaken aan te houden totdat is beslist op het hoger beroep van X over de handhavingsbeslissing van de Autoriteit Persoonsgegevens. De aangifteplicht van X staat hier namelijk los van. De inspecteur is bij de uitspraken op bezwaar terecht zoveel mogelijk uitgegaan van inkomensgegevens van X die hem op andere wijze bekend waren. X heeft op geen enkele wijze doen blijken dat de aanslagen te hoog zijn. De boetes van in totaal € 7982 zijn vanwege het stelselmatige verzuim passend en geboden. X stelt vergeefs dat met één boete moet worden volstaan. Het beroep van X is ongegrond.
Lees ook het thema Verzuim- en vergrijpboetes: Een kwestie van verschil
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Algemene wet inzake rijksbelastingen 11
Algemene wet inzake rijksbelastingen 8