Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat de naheffing niet in strijd is met het evenredigheidsbeginsel omdat conform het lease-contract rekening is gehouden met een gebruiksduur van vier jaar.

De heer X woont in Nederland. X least voor de periode 31 augustus 2010 tot en met 30 augustus 2014 een in België geregistreerde auto. In geschil is of terecht een BPM-naheffingsaanslag en een vergrijpboete van 50% is opgelegd. Volgens Rechtbank Noord-Holland is de boete niet terecht omdat X een pleitbaar standpunt heeft. Een eerder aan hem opgelegde aanslag en boete waren namelijk vernietigd. X gaat in hoger beroep.

Hof Amsterdam oordeelt dat de naheffing niet in strijd is met het evenredigheidsbeginsel omdat rekening is gehouden met een gebruiksduur van vier jaar. Het maakt niet uit dat de tijdsevenredige heffing is gebaseerd op het Besluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/7686M, V-N 2011/2.16 en pas vanaf 1 januari 2012 in de Wet BPM 1992 (art. 14b) is opgenomen. Het beroep van X is slechts gegrond, aangezien niet meer in geschil is dat de aanslag te hoog is.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 14b

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 1

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 5 december

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen