Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat de afschrijving van een kampeerauto niet gebaseerd kan worden op de waardedaling van een bestelauto, omdat beide typen auto's – met name gelet op het verschil in intensiteit van het gebruik – niet met elkaar vergelijkbaar zijn. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
X doet BPM-aangifte voor een ingevoerde kampeerauto Fiat Ducato 35H 2.3 MultiJet LH2 Gran Volume met behulp van een koerslijst. X voldoet aldus € 4677. Volgens de inspecteur is een onjuiste koerslijst gebruikt, namelijk die van een (gesloten) bestelauto en niet die van een kampeerauto. In geschil is de naheffingsaanslag van € 2727 op basis van de afschrijvingstabel. Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep.
Hof 's-Hertogenbosch (V-N Vandaag 2021/381) oordeelt dat de afschrijving van een kampeerauto niet gebaseerd kan worden op de waardedaling van een bestelauto, omdat beide typen auto's – met name gelet op het verschil in intensiteit van het gebruik – niet met elkaar vergelijkbaar zijn (zie HR 12 mei 2017, 15/03459, V-N 2017/26.15). Er is geen koerslijst beschikbaar voor dit type kampeerauto, zodat de waardedaling door de inspecteur terecht is vastgesteld aan de hand van de afschrijvingstabel. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10
Algemene wet bestuursrecht 8:25
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Hoge Raad
Editie: 29 oktober