Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de inspecteur terecht een correctie-S&O-verklaring heeft afgegeven. Uit de administratie van X bv volgt niet dat de proeffabriek voor 34% van de tijd is ingezet voor S&O.
X bv verricht S&O-activiteiten op het gebied van poedervormige food-, feed- en pharmaproducten en verzoekt de inspecteur om een S&O-verklaring af te geven. In haar opgave gaat X bv er vanuit dat haar proeffabriek voor 34% van de tijd is ingezet voor S&O. Na een controle van de administratie concludeert de inspecteur dat de proeffabriek voor 22% van de tijd is ingezet voor S&O.
Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de inspecteur terecht een correctie-S&O-verklaring heeft afgegeven. Uit de administratie van X bv volgt niet dat de proeffabriek voor 34% van de tijd is ingezet voor S&O. Uit de overgelegde administratie is niet op eenvoudige en duidelijke wijze af te leiden wat de werkelijke uitgaven zijn geweest en dat deze uitgaven 100% dienstbaar en direct toerekenbaar zijn aan het verrichte S&O. Met deze (summiere) administratie maakt X bv onvoldoende inzichtelijk dat 34% van de uitgaven daadwerkelijk dienstbaar en direct toerekenbaar zijn aan het door haar verrichte S&O. Gezien deze summiere administratie heeft het ook geen toegevoegde waarde om een specialist er naar te laten kijken. Het gelijk is aan de inspecteur.
Lees ook het thema Innovatiebox.
Wetsartikelen:
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 25
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 24
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting
Instantie: College van Beroep voor het bedrijfsleven
Editie: 10 augustus