X heeft een aanzienlijke schuld bij zijn BV. In de navorderingsaanslag IB/PVV 2012 en IB/PVV 2013 is een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang opgenomen van € 597.284, respectievelijk € 592.683. Dit is de toename van de schuldverhouding in 2012 en 2013 minus de bijgeschreven rente. In geschil is of de navorderingsaanslagen terecht zijn opgelegd.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur het in de navorderingsaanslagen opgenomen belastbare inkomen uit aanmerkelijk belang niet aannemelijk maakt. De inspecteur stelt dat X de lening niet zal terugbetalen en dat de lening daarom fiscaalrechtelijk als uitdeling is belast. Bij de beoordeling of aannemelijk is dat X de geleende bedragen zal terugbetalen moet mede een inschatting worden gemaakt van X' toekomstige arbeidsbeloning. X heeft onweersproken gesteld dat zijn verdiencapaciteit veel hoger is dan zijn loon in de jaren 2010 tot en met 2015. Het hof acht het mede daarom niet aannemelijk dat X van een zakelijk handelende derde geen geld zou hebben kunnen lenen of dat X niet in staat zou zijn de geleende bedragen (deels) terug te betalen. Van betalingsonmacht is geen sprake, van betalingsonwil evenmin.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 4.12
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 13 juli