De voorzieningenrechter van Rechtbank Den Haag oordeelt dat een Tozo-bedrijfskrediet alleen bedoeld is voor ondernemers die in problemen zijn gekomen om hun lopende financiële verplichtingen na te komen.

Belanghebbenden genieten als ondernemers een Tozo-uitkering voor het levensonderhoud. Zij hebben ook een Tozo-bedrijfskrediet aangevraagd bij de gemeente Zoetermeer. In geschil is of de gemeente dat bedrijfskrediet terecht heeft afgewezen.

De voorzieningenrechter van Rechtbank Den Haag oordeelt dat een Tozo-bedrijfskrediet alleen bedoeld is voor ondernemers die in problemen zijn gekomen om hun lopende financiële verplichtingen na te komen. Daarvan is in het geval van belanghebbenden geen sprake. Belanghebbenden hebben aangegeven het bedrijfskrediet te willen gebruiken om een boekhouder in te huren voor de belastingaangifte 2019 en om een beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. Dit zijn verplichtingen die belanghebbenden nog aan moeten gaan en buiten het bereik van de Tozo vallen. De rechtbank oordeelt dat belanghebbenden niet in aanmerking komen voor een bedrijfskrediet. Daarbij laat de rechtbank in het midden of en zo ja welk deel van de liquiditeitsproblemen van belanghebbenden aan COVID-19 te wijten zijn en welke toets daarbij moet worden gehanteerd.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:81

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Sociale zekerheid bijstand

Dossiers: Corona

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 2 november

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen