Rechtbank Overijssel oordeelt dat de transitievergoeding niet kan worden aangemerkt als een nabetaling van inkomsten over eerdere jaren. De transitievergoeding kan dan ook bij de bepaling van de draagkracht voor de huurtoeslag voor 2016 niet buiten beschouwing worden gelaten.

In verband met de beëindiging van zijn dienstverband bij zijn voormalige werkgever, ontvangt X in 2016 een transitievergoeding. Dit heeft echter tot gevolg dat de inspecteur de teveel uitgekeerde zorgtoeslag (€ 348) en de teveel uitgekeerde huurtoeslag (€ 3605) terugvordert. X verzoekt vervolgens om de transitievergoeding aan te merken als bijzonder inkomen dat bij het bepalen van zijn toetsingsinkomen voor dat jaar buiten beschouwing wordt gelaten. X wijst er daarbij op dat bijna € 700 meer van hem is teruggevorderd dan de transitievergoeding hem netto heeft opgeleverd.

Rechtbank Overijssel oordeelt dat de transitievergoeding niet kan worden aangemerkt als een nabetaling van inkomsten over eerdere jaren. De transitievergoeding kan dan ook bij de bepaling van de draagkracht voor de huurtoeslag voor 2016 niet buiten beschouwing worden gelaten. De rechtbank merkt vervolgens nog wel op dat er begrip voor is dat X het als onrechtvaardig ervaart dat uiteindelijk meer van hem wordt teruggevorderd dan hij netto overhoudt, maar dat een aanpassing van de Awir een taak van de wetgever is.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de huurtoeslag 7

Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen 7

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet

Instantie: Rechtbank Overijssel

Editie: 6 september

13

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen