Het amendement van Kamerlid Inge Van Dijk om de uitkering bedrag ineens op basis van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen uit te zonderen van het toetsingsinkomen voor de toeslagen (36154-12) wordt ontraden. Het amendement zorgt voor inconsistenties in het toeslagenstelsel en leidt tot een foutgevoelige en arbeidsintensieve uitvoering. Dat schrijft minister Van Hijum van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer.

De beoogde inwerkingtredingsdatum bij koninklijk besluit van het voorstel in het Belastingplan 2025 tot een gerichte verruiming van de uitbetaling van de algemene heffingskorting (AHK) is 2028. Welke inwerkingtredingsdatum haalbaar is, is vanwege de overvolle IV-planning van de Belastingdienst niet met zekerheid vast te stellen. Dat staat in de voortgangsbrief alleenverdienersproblematiek die door onder andere de Staatssecretarissen van Financiën naar de Tweede Kamer is gestuurd.

Vanaf 2025 kwalificeren alle personenvennootschappen, ongeacht de eventuele rechtspersoonlijkheid, in beginsel als fiscaal transparant. Als echter voldaan wordt aan de definitie van een fonds voor gemene rekening, zoals die luidt met ingang van 2025, kan een personenvennootschap herkwalificeren als FGR. Dit geldt ook voor bepaalde buitenlandse beleggingsinstellingen.

De Tweede Kamer vraagt het kabinet om een koerswijziging in de handhavingsstrategie om de rust onder opdrachtgevers en zzp’ers weer terug te brengen. De handhavingsstrategie van de Belastingdienst moet worden gewijzigd ten behoeve van een zachtere landing bij het opheffen van het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat X BV de lening in feite zelf aan de vriend van de DGA heeft verstrekt of dat de lening onzakelijk is.

Vanaf 2025 kwalificeren alle personenvennootschappen, ongeacht de eventuele rechtspersoonlijkheid, in beginsel als fiscaal transparant. Als echter voldaan wordt aan de definitie van een fonds voor gemene rekening, zoals die luidt met ingang van 2025, kan een personenvennootschap herkwalificeren als FGR. Dit geldt ook voor bepaalde buitenlandse beleggingsinstellingen.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat X BV de lening in feite zelf aan de vriend van de DGA heeft verstrekt of dat de lening onzakelijk is.

De Coördinatiegroep Taxhavens en Concernfinanciering van de Belastingdienst stelt al enige jaren de syllabus 15b Wet VPB 1969 (generieke renteaftrekbeperking) beschikbaar voor iedereen. Vlak na Prinsjesdag 2024 is een nieuwe versie gepubliceerd die de stand van zaken tot 28 mei 2024 weergeeft.

De Coördinatiegroep Taxhavens en Concernfinanciering van de Belastingdienst heeft al enige jaren geleden de syllabus 15b Wet VPB 1969 (generieke renteaftrekbeperking) beschikbaar gesteld voor iedereen. Onlangs, vlak na Prinsjesdag, is een een nieuwe versie gepubliceerd die de stand van zaken tot 28 mei 2024 weergeeft.

Wie in 2024 nog gebruik wil maken van de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO), kan online nog een aanvraag indienen tot 1 oktober 2024. Dit is een aanvraag voor de periode oktober – december van dit jaar waarin de uren (en eventuele kosten en uitgaven) tot en met 31 december moeten worden opgenomen.

Staatssecretaris Idsinga van Financiën stelt dat het schrappen van de safe harbour uit de bestaande antimisbruikbepaling gericht op rente- en royaltydoorstroomvennootschappen een optie is om de inkomende stromen uit laagbelaste jurisdicties te laten afnemen.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het Gerecht blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te bevestigen dat het referentiestelsel voor de toetsing van de selectiviteit van de betrokken vrijstellingen aan art. 107 lid 1 VWEU uitsluitend bestond uit de CFC-regels.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat X, een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde ‘open-ended’ beleggingsinstelling, onvergelijkbaar is met in Nederland gevestigde fiscale beleggingsinstellingen. X heeft dan geen aanspraak op teruggaaf van dividendbelasting. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Minister Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening stelt dat het voor een vastgoedbelegger mogelijk is om een positief saldo te realiseren. Dat schrijft zij naar aanleiding van vragen van de Kamerleden Omtzigt en Van Vroonhoven (NSC) over de belastingdruk op middenhuurwoningen.