De Hoge Raad oordeelt dat A tot 1 mei 2000 niet-ingezetene was en derhalve tot die datum niet verzekerd was voor de AOW. De AOW-partnertoeslag is terecht gekort.
A, de echtgenote van belanghebbende, X, heeft de Poolse en Nederlandse nationaliteit en heeft tot en met 30 april 2000 in Polen gewoond. Bij de AOW-aanvraag van X is de partnertoeslag met 70% gekort. X is het hier niet mee eens. Volgens X heeft hij recht op een volledig AOW-gehuwdenpensioen. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat geen recht bestaat op een volledig AOW-gehuwdenpensioen. De Centrale Raad overweegt daarbij dat de partnertoeslag afhankelijk is van het aantal jaren waarin de partner vanaf het 15e levensjaar verzekerd is geweest voor de AOW. Aangezien A in de periode voordat zij in Nederland woonde geen ingezetene was als bedoeld in art. 6 lid 1 onderdeel a AOW, is de korting terecht toegepast.De Hoge Raad oordeelt dat A tot 1 mei 2000 niet-ingezetene was en derhalve tot die datum niet verzekerd was voor de AOW. Volgens de Hoge Raad is er geen sprake van discriminatie. De Hoge Raad verwijst hierbij naar zijn arrest van 10 juli 2009 (nr. 08/00891, BNB 2009/292). Het beroep in cassatie is ongegrond.
6