Volgens het HvJ EU is de Letse bepaling, dat in bepaalde gevallen de btw-teruggaaf deels kan worden geweigerd, omdat de jaarlijkse belastingaangifte nog niet is onderzocht, in strijd met het EU-recht.
Het Letse Mednis SIA verzoekt om teruggaaf van het btw-overschot over de maand november 2007. De Letse Belastingdienst bepaalt dat Mednis slechts recht heeft op teruggaaf van een deel van het overschot. Op grond van de Letse Wet OB wordt het btw-overschot namelijk niet geheel terugbetaald wanneer het btw-overschot meer bedraagt dan een bepaalde percentage en de Letse Belastingdienst de jaarlijkse belastingaangifte van de belastingplichtige nog niet heeft onderzocht. De Letse rechter vraagt zich af of dit in overeenstemming is met het EU-recht en heeft een prejudiciële vraag in deze zaak gesteld.
Het Hof van Justitie EU (HvJ EU) oordeelt dat de Letse Belastingdienst de teruggave van een gedeelte van een btw-overschot, dat is ontstaan in een belastingtijdvak van één maand, niet mag uitstellen totdat zij de jaarlijkse belastingaangifte van de belastingplichtige heeft onderzocht. Het HvJ EU verwerpt vervolgens het verzoek van Letland om de gevolgen van het arrest in de tijd te beperken.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Omzetbelasting
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Editie: 19 oktober