Het HvJ EU oordeelt dat een termijn mag worden gesteld voor het indienen van het verzoek om belastingvoordelen bij een splitsing toe te kennen. De regels voor de termijn moeten dan wel voldoende nauwkeurig, duidelijk en voorzienbaar voor de belastingplichtigen zijn.
Het Sloveense Pelati d.o.o. heeft in 2005 een deel van haar onderneming aan een nieuwe vennootschap overgedragen via een splitsing. De Sloveense Belastingdienst honoreert vervolgens niet het verzoek van Pelati om toekenning van de belastingvoordelen in verband met de tot stand gekomen splitsing. Volgens de Belastingdienst had Pelati het verzoek namelijk niet binnen de daarvoor geldende termijn ingediend.
Het Hof van Justitie EU (HvJ EU) oordeelt dat Slovenië een termijn mag stellen aan het verzoek om toekenning van belastingoordelen bij een splitsing. Het HvJ EU merkt vervolgens nog wel op dat voor een belastingplichtige duidelijk moet zijn wanneer de termijn begint te lopen en dat de regels voldoende nauwkeurig, duidelijk en voorzienbaar zijn zodat een belastingplichtige zijn rechten kan kennen.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Editie: 19 oktober