Het Centraal Aanspreekpunt Pensioenen geeft in V&A 24-007 antwoord op de vraag of de eventtoets in stand blijft voor pensioenaanspraken die zijn opgebouwd voor de overgang naar het regime Wet toekomst pensioenen (WTP).

Voor regelingen die nog gebruikmaken van het overgangsrecht van art. 38q Wet LB 1964 wordt op grond van het Staffelbesluit Pensioenen, laatstelijk gewijzigd 12 juni 2024, nr. 2024-10674, V-N 2024/32.5, voor de berekening van de beschikbare premies een lagere rekenrente toegestaan dan de wettelijke rekenrente van 4%. Een van de voorwaarden voor het hanteren van de lagere rente is dat de eventtoets moet worden toegepast.

De fiscale begrenzingen en voorwaarden die voor de invoering van de WTP golden, waaronder de eventtoets, blijven op grond van het algemene fiscale overgangsrecht van art. 38b lid 1 Wet LB 1964 van toepassing voor alle pensioenaanspraken die vóór de overgang naar het WTP-regime zijn opgebouwd en die (nog) niet zijn omgezet (ingevaren) naar het regime van de WTP.

De eventtoets vervalt wanneer de eerder opgebouwde aanspraken zijn omgezet in aanspraken ingevolge een premieovereenkomst als bedoeld in art. 10 van de Pensioenwet of art. 28 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, zie art. 38b lid 2 Wet LB 1964.

Daarnaast wordt opgemerkt dat van omzetten in de zin van art. 38b lid 2 Wet LB 1964 ook sprake is, wanneer een werkgever in het transitieplan aangeeft, dat na overgang naar het WTP-regime ook de regels van de WTP van toepassing zijn op pensioenaanspraken die onder het oude regime zijn opgebouwd. Op deze wijze kan de bestaande polis (eventueel inclusief restitutiebepaling) in stand blijven en toch worden omgezet naar het nieuwe fiscale pensioenstelsel.

Wetsartikelen:

Wet op de loonbelasting 1964 38b

Wet op de loonbelasting 1964 18a

Wet op de loonbelasting 1964 38q

[Nieuwsbron]

Rubriek: Pensioenen, Loonbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 20 november

Informatiesoort: VN Vandaag

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen