Rechtbank Haarlem acht niet aannemelijk dat Y bv direct al de verplichting had om de ontvangen dollars door te storten. De valutawinst behoort dus tot de winst van de fiscale eenheid.

X ua (belanghebbende) is onderdeel van een private equity fonds dat wereldwijd opereert. X ua is de moeder van de fiscale eenheid met Y bv. Y bv verwerft in 2008 100% van de aandelen in Y sa uit de Dominicaanse Republiek. Op 1 augustus 2008 koopt Y sa op haar beurt alle aandelen in S sa in het kader van een beoogde juridische fusie. Op 20 augustus 2008 wordt een tax ruling en settlement door de Dominicaanse Republiek afgegeven. Op 21 augustus 2008 ontvangt X ua $ 316.040.000 van een concernonderdeel uit Bermuda. X ua stort dit nog dezelfde dag door naar Y bv. Op 3 september 2008 maakt Y bv $ 316.000.000 over naar Y sa als kapitaalstorting. De dollarkoers is tussentijds gestegen. In geschil is of de valutawinst van circa € 6 miljoen tot de winst van X ua behoort. Rechtbank Haarlem acht niet aannemelijk dat Y bv reeds op 21 augustus 2008 de verplichting had om de ontvangen dollars door te storten in Y sa. Er was op dat moment dus geen sprake van een doorstortverplichting die naar Nederlands recht fiscaal als schuld kan worden gekwalificeerd. De bevoegdheid of mogelijkheid om binnen concernverband instructies te geven, brengt nog niet met zich dat dit reeds op 21 augustus 2008 was geschied. Vanwege de instabiele politieke situatie in de Dominicaanse Republiek was er namelijk bewust voor gekozen om het geld eerst bij Y bv te stallen. De op 21 augustus 2008 te verwachten doorstorting van de overnamesom kan ook niet worden aangemerkt als een toekomstige uitgave als bedoeld in het Baksteenarrest (HR 26 augustus 1998, 33.417, BNB 1998/409). De uitgave vindt zijn oorsprong namelijk niet in het verleden, kan daaraan ook niet worden toegerekend en moet worden aangemerkt als een investering in Y sa. De valutawinst behoort tot de winst van X ua. De hoogte daarvan moet worden gebaseerd op de dagkoersen van Reuters. Hanteren van incidenteel andere koersen, zoals die van de ING of De Nederlandse Bank, is niet toegestaan. Het beroep van X ua is ongegrond.

 

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.25

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 8

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting

Instantie: Rechtbank Haarlem

Editie: 15 januari

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen