Belanghebbende, X bv, behoort tot het D-concern en houdt zich onder andere bezig met holdingactiviteiten. Zij heeft (on)middellijk een belang van 100% in diverse vennootschappen. In 2012 dient de Belastingdienst faillissementsaanvragen in voor enkele vennootschappen die tot het D-concern behoren. Ook legt de Belastingdienst beslag op roerende zaken van onder andere X bv. X bv schakelt hierop Z in. In de nota's van Z is een bedrag van bijna € 34.000 aan btw begrepen. De inspecteur weigert om deze btw aan X bv terug te geven.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat X bv geen recht heeft op de btw-teruggaaf. Volgens de rechtbank is X bv namelijk geen btw-ondernemer. De rechtbank overweegt hierbij dat X bv sinds 2005 geen activiteiten tegen vergoeding verricht. Ook maakt X bv volgens de rechtbank niet aannemelijk dat zij in 2012 het voornemen heeft gehad om economische activiteiten te gaan verrichten. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 7
Wet op de omzetbelasting 1968 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 12 september