X leidt een reizend bestaan. Hij is op jonge leeftijd gaan venten in het buitenland en verblijft nagenoeg het gehele jaar op campings buiten Nederland. Vanaf eind 2001 tot eind 2013 staat X ingeschreven in Duitsland en Spanje. Naar aanleiding van een strafrechtelijk onderzoek legt de inspecteur diverse IB-en OB-aanslagen op aan X. X is het hier niet mee eens.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X in de jaren 2009 - 2013 een voldoende sterke band met Nederland had om vast te stellen dat hij in Nederland woonde. De rechtbank overweegt daarbij onder andere dat hij de Nederlandse nationaliteit heeft en dat hij eigenaar is van een perceel, waarop zich een woonwagen bevindt die geschikt is voor duurzame bewoning. Verder acht de rechtbank van belang dat X beschikt over een Nederlandse bankrekening waarop hij contante stortingen heeft gedaan en waarmee hij betalingen heeft verricht voor verbruik van energie en water in Nederland en voor Nederlandse gemeentelijke heffingen en dat hij in Nederland auto’s heeft gehuurd en in Nederland verkeersboetes heeft betaald. Vervolgens stelt de rechtbank vast dat X niet aannemelijk maakt dat hij in dezelfde periode ook fiscaal inwoner is geweest van Duitsland en/of Spanje. Ten aanzien van de opgelegde aanslagen stelt de rechtbank vast dat er sprake is van dubbeltellingen en dat enkele stelposten te hoog zijn. De rechtbank vermindert dan ook meerdere aanslagen.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 13 december