![](/media/jotjbq3y/gettyimages-999013344-1.jpg)
De Hoge Raad oordeelt dat X, als gezonde homo-man, geen recht heeft op aftrek van de ivf-kosten die hij heeft gemaakt in verband met het eiceldonatie- en draagmoederschapprogramma. Het gemaakte onderscheid tussen ‘zieke’ en ‘gezonde’ belastingplichtigen leidt niet tot een verdragsrechtelijk verboden ongelijke behandeling.
Belanghebbende, de heer X, en zijn partner, de heer Y, hebben een kinderwens. X neemt daartoe in de VS deel aan een eiceldonatie- en draagmoederschapprogramma. Van de totale kosten die X maakt ($ 167.000), brengt hij € 38.000 aan ivf-kosten in aftrek als uitgaven voor specifieke zorgkosten. De inspecteur staat aftrek van de ivf-kosten niet toe. Na een uitvoerige analyse oordeelt Rechtbank Gelderland dat het verdragsrechtelijk discriminatieverbod weliswaar is geschonden, door de ivf-kosten die de heer X heeft gemaakt niet in aftrek toe te laten, maar dat de rechtbank niet voor rechtsherstel kan zorgen. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de aftrekregeling voor specifieke zorgkosten in het geval van X niet in strijd komt met het verdragsrechtelijke discriminatieverbod. De wetgever heeft de hem toekomende ruime beoordelingsvrijheid namelijk niet overschreden. X gaat in cassatie.
De Hoge Raad oordeelt dat X, als gezonde homo-man, geen recht heeft op aftrek van de ivf-kosten die hij heeft gemaakt in verband met het eiceldonatie- en draagmoederschapprogramma. Het gemaakte onderscheid tussen ‘zieke’ en ‘gezonde’ belastingplichtigen leidt niet tot een verdragsrechtelijk verboden ongelijke behandeling. De Hoge Raad overweegt daarbij dat bij X noch bij Y sprake is van ziekte of verminderde lichaamsfunctie (verminderde vruchtbaarheid) op grond waarvan de ivf-behandeling is ondergaan. Er is dan niet voldaan aan de voorwaarden van de aftrekregeling voor specifieke zorgkosten. Ook verwerpt de Hoge Raad de klacht dat onderscheid wordt gemaakt tussen twee groepen ‘gezonde’ personen: heterostellen en homostellen. Homostellen en heterostellen verkeren met het oog op de toepassing van de aftrekregeling voor specifieke zorgkosten niet in een gelijke positie. Bij homostellen vormt het – bij onbeschermde geslachtsgemeenschap – duurzaam uitblijven van een zwangerschap namelijk niet een aanwijzing voor een verminderde vruchtbaarheid van (een van) de partners. De Hoge Raad merkt daarbij nog wel op dat een homostel ook in aanmerking komt voor toepassing van de aftrekregeling voor specifieke zorgkosten wanneer bij een partner sprake is van verminderde vruchtbaarheid. De Hoge Raad bevestigt de uitspraak van het hof.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 39a
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Wet inkomstenbelasting 2001 6.16
Instantie: Hoge Raad
Rubriek: Europees belastingrecht, Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 10 februari
Informatiesoort: VN Vandaag